zaterdag 22 november 2008

Bakkersverdriet € 2,45

Ik word naar binnen gelokt door een reclamebord. Bakkersverdriet € 2,45. Midden op de toonbank staat een kleine stapel misvormde cakes. Hij laat me een stukje proeven. Met mijn ogen dicht leg ik een hompje cake op mijn tong. Goddelijk, ik kan niet anders oordelen. Met mijn ogen open kijk ik naar het onooglijke baksel.

In Tussenland leren bakkers hun verdriet om te bakken in lelijke cakes die nog lekkerder smaken dan de mooie. Weemoedige handen die het deeg urenlang gekneed hebben. Een zilte bijsmaak die contrasteert met het zoetste zoet. Als je het eet springen de tranen je in de ogen. Van blijdschap natuurlijk, omdat zoiets lelijks zo lekker kan zijn. De cake absorbeert je eigen verdriet als een spons het water.

Ik koop een cake, koop onderweg een beker koffie, vestig me voor het raam in de Carillonstraat en glimlach naar de voorbijgangers. Vandaag is een dag om te kijken. Om te lezen. Om te denken. Ik open de krant. Ik denk aan dood en verderf. Aan uit het nest gevallen vogels, uitgemergelde hongerlijders, te vroeg gestorven kinderen, krottenwijken, zwerende wonden, maniakale machtswellustelingen, bloed, pus, tranen. De cake smelt op mijn tong. De buren zwaaien. Ik perforeer de krant tot zwart-witte confetti en strooi het uit over de vloer. Ik neem nog een hap cake en voel het geluk in mijn tenen zakken.

Op de terugweg naar huis ga ik nog even aan bij de bakker. Hij staat beteuterd achter de toonbank. De kleine berg is verdwenen. Ik ben geschokt. “Wanneer bakt u ze weer?” vraag ik zachter dan mijn bedoeling is. Hij haalt zijn schouders op. “Dat weet je nooit” zegt hij en zucht.

Geen opmerkingen: